Berichtje van een journalist van De Morgen: “Ik vroeg me af of ik u over de doorwerking van Mei ’68 op het vlak van de seksuele en sociaal-economische emancipatie van vrouwen en seksuele minderheden onderstaande vragen mocht voorleggen?” Uiteraard mag De Morgen dat. Het interview verscheen ingekort en enkel achter een paywall op de website van de krant. Hieronder de volledige versie. Met dank aan Lode Delputte voor de vragen.
Tag: Roze Aktiefront
De Pride van mijn dromen
De Vlaamse koepelorganisatie Çavaria lanceerde een open bevraging over de toekomst van de Belgian Pride, de jaarlijkse LGBT-manifestatie in Brussel sedert 1996. Ik stond mee aan de wieg van dit grootse evenement en was jarenlang actief bij het organiseren ervan. Hieronder mijn antwoord op de belangrijkste vragen.
25 jaar RAF-platform
Op 1 mei 1990 – dag van de arbeid – publiceerde de actiegroep Roze Aktiefront (RAF) een herwerkte versie van zijn platform. Dat is intussen 25 jaar geleden. Het is geen literair meesterwerk, maar nauwelijks verouderd. Het RAF voerde ludieke én harde acties en gebruikte daarvoor de moderne methodes zoals T-shirts, posters en spandoeken.
Met Çavaria naar de Parade
Wie de film Pride – over de solidariteit tussen holebi’s in London en stakende mijnwerkers – heeft gezien weet hoe hartverwarmend én grensverleggend solidariteit kan zijn. Zondag trekken we naar Brussel voor de Parade van Hart boven Hard. Koepelorganisatie çavaria roept haar achterban op om mee op te stappen in het blok ‘Diversiteit is realiteit’.
Pits & Perverts
Pride is een film over de solidariteit van Britse holebi’s met de stakende mijnwerkers en vertelt het verhaal van een groep jonge holebi’s die hulp inzamelen voor de stakers. De film komt (kan het symbolischer?) in de Belgische zalen op de vooravond van de grote vakbondsbetoging van 6 november. Ik zei enkele dagen geleden voor de grap dat ik zelf ook een personage in Pride zou kunnen geweest zijn. Helemaal juist is dat niet maar hier is mijn verhaal.
PVDA thuis in de LHBT-beweging
Tijdens deze verkiezingscampagne hebben bijna alle politieke partijen van enige omvang het over holebi- en transgenderrechten. “Stem op ons, wij zorgen dat uw rechten gerealiseerd worden” klinkt het bijna unisono op allerlei fora en debatten. Je zou bijna vergeten dat die strijd begonnen is als een linkse strijd tegen het conservatisme van de meeste andere partijen in, en dat eigenlijk nog altijd is. Een strijd waarin de PVDA haar progressieve rol heeft gespeeld.

Wat heb ik aan Di Rupo?
We beleven historische momenten. Zo zal maandag voor het eerst een openlijk homoseksuele premier in dit land de eed afleggen. Voor u in katzwijm valt: Morgen trekt een (hopelijk) massale betoging door de straten van Brussel tegen… het regeerprogramma dat door die premier is geschreven. En ook daar zullen openlijke holebi’s en transgenders zijn.
Doorgaan met het lezen van “Wat heb ik aan Di Rupo?”
Roze & Rood
De moordende vuurschoten uit het geweer van Anders Breivik waren niet tegen holebitransgenders gericht. Het had gekund.
Doorgaan met het lezen van “Roze & Rood”
Met Çavaria als het kan, zonder als het moet
Op de jaarlijkse algemene vergadering van Çavaria stemde 71 procent tegen het voorstel om Jean Marie de Meester te steunen in zijn klacht tegen Mgr. Léonard. Een duidelijke score. Hoe moet het nu verder? Wordt de advocaat uit Brugge de laan uitgestuurd? En zo niet, wat zal de rol van de koepelorganisatie zijn in het verdere verloop van de actie?
Daags na de vergadering schreef Çavariacoördinator Yves Aerts op zijn Facebook blij te zijn “dat de AV van Çavaria met zéér ruime meerderheid bevestigde dat de ‘vrijheid van meningsuiting’ haar zéér genegen is.” Ik dacht even dat hij het had over het feit dat Jean Marie eindelijk gehoord werd door Çavaria (na de boycot door Zizo en de werkgroep politiek) maar dat was duidelijk niet de reden van zijn blijheid. Een meerderheid van Çavarialeden is rond Léonard gaan staan alsof hij bedreigd wordt door de Taliban, Sharia4belgium en Bin Laden tegelijk. Nu is opkomen voor de vrije meningsuiting van Léonard te vergelijken met geld inzamelen voor Maurice Lippens, een van de rijkste burgers van dit land. Lippens heeft dit soort solidariteit echt niet nodig. Maar zoals gezegd: binnen de koepelorganisatie heeft een meerderheid beslist en zo zal geschieden. Daarmee is de kous niet af. Er was al langer een groepje mensen actief rond Léonard. Ze komen uit Mikpunt, Léonard&Co (de Facebookgroep van waaruit de manifestatie in Mechelen is gegroeid) en Immanent. Die mensen gaan gewoon door.
Eerste Homodag
Het is niet de eerste keer dat vernieuwende initiatieven buiten de koepelorganisatie ontstaan en vorm krijgen. Legendarisch is de eerste ‘Homodag’ die in 1978 door de linkse actiegroep ‘De Rooie Vlinder’ werd georganiseerd. “Lang niet alle homo’s staan achter homodag” kopte de krant ‘Vooruit’ (die later zou opgaan in ‘De Morgen’) toen. “Uit ingewonnen inlichtingen blijkt dat de Rode Vlinder in het homomilieu overkomt als een randgroep met extreme ideeën” schreef de krant. Jacky Boeykens, voorzitter van wat toen de ‘overkoepelende organisatie van de werkgroepen homofilie in Vlaanderen’ (afgekort: FWH) genoemd werd verwijt de Rooie Vlinder aan ghettovorming te doen. Hij heeft niets tegen de homodag maar “wij zetten ons vooral in voor de verbetering van het klimaat (…) en trachten de vooroordelen uit de weg te ruimen.” De auteurs van ‘Een Ander Strand’, het boek dat achteraf over de Rooie Vlinder verscheen, blikken tevreden op de manifestatie terug: “Er kwamen méér dan 2.300 geïnteresseerden op af. Alles liep in het honderd, de ravitaillering liep mis, de verhuis tussen de diverse gebouwen was een chaos, er vielen gaten in de programmatie, een bomalarm deed de rest… alle denkbare ellende, maar de ambiance was enorm. Tien uur lang optredens, films, debatten, feest. Iedereen met verstomming geslagen. De eerste massamanifestatie van homocultuur was een succes geworden en kreeg grote artikels in de pers.”
Een jaar later organiseerde De Rooie Vlinder de eerste betoging door de straten van Antwerpen, ook zonder de FWH. In 1980 en 1982 (foto: een piepjonge Anke Hintjens in Antwerpen op 9 mei 1981) gebeurde dat in samenwerking tussen de Rooie Vlinder en FWH en ook enkele lesbiennegroepen sloten zich aan. In 1982 werd ik ontboden bij Ludo Smits, de toenmalige coördinator van FWH (Intussen wereldberoemd als de sympathieke eigenaar van de Red&Blue). Hij deelde mij droogjes mee dat het Roze Aktiefront (RAF), dat de plaats van de Rooie Vlinder had ingenomen, niet meer welkom was bij de organisatie van de jaarlijkse betoging. Met het voorspelbare gevolg dat er het jaar daarop geen sprake meer was van een betoging maar enkel nog van een groot feest in de Antwerpse stadsfeestzaal. U zult misschien opmerken dat ik dus al enige ervaring opgebouwd heb met coördinatoren van koepelorganisaties. U heeft dat juist opgemerkt.
5 mei 1990
Het kan ook anders. Eind jaren ’80 slaagde Paul Van Gelder erin om het activisme in de FWH van binnenuit nieuw leven in te blazen. Van Gelder was voorzitter geworden op een moment dat de oude, conservatieve garde er het bijltje bij neergooide. De conservatief-katholieke Bert Weekers droeg de macht over aan een nieuwe ploeg die het activisme terug op de agenda zette. Drijvende krachten waren ondermeer De Roze Drempel (nu: Driekant) uit Leuven en HLWM uit Mechelen. Mechelaar Paul van Gelder kwam uit wat men intussen ‘de witte woede’ noemt, een strijdbare vakbondsvleugel in de zorgsector. Het RAF ondersteunde deze evolutie van buitenaf en werkte mee in het comité ‘Roze 90’ dat op 5 mei 1990 (foto: start van de betoging aan het stadspark in Antwerpen) de eerste in de reeks pride-manifestaties op poten zette zoals we ze nu nog steeds kennen. Het waren hele andere tijden. De beweging herontdekte het activisme. Het RAF sloot zich kort daarop aan bij de FWH en zou lid blijven tot de ontbinding in 2001. De militante trend zou zich doorzetten tot het begin van de volgende eeuw en via paars-groen werden de belangrijkste eisen gerealiseerd: openstelling van het huwelijk, een anti-discriminatiewet en het legaliseren van adoptie door holebi’s. Intussen is de jaarlijkse pride incontournable geworden.
Begroting
Op de algemene vergadering van 19 maart jl. leek de sfeer – wat de bereidheid tot activisme betreft – meer op die van de donkere dagen. Niet dat er immer getreurd werd. De vergadering wordt intussen perfect georganiseerd met het nodige vertier tussen de ernstige agendapunten. Het grootste probleem was eigenlijk dat men er niet in geslaagd was een sluitende begroting op te maken. Met andere woorden: er moet fors bespaard worden. De Vlaamse Overheid besliste immers om alle organisaties die subsidies krijgen een bezuiniging op te leggen. De gelatenheid waarmee de vergadering die nieuws opnam deed meer denken aan een club van boekhouders dan aan leden van een emancipatiebeweging. U zult begrijpen dat het niet echt het moment was om een actie waarbij Léonard het vuur aan de schenen wordt gelegd erdoor te krijgen. Ze zijn dan misschien ziekelijk en pervers volgens de aartsbisschop, maar ook zeer gezagsgetrouw. Zowel tegenover Léonard als tegenover de Vlaamse regering. Ter vergelijking: Çavaria ontvangt jaarlijks ongeveer één miljoen subsidie per jaar. Vergeleken met wat de katholieke kerk ontvangt (Alle overheden samen geven jaarlijks iets meer dan 300 miljoen euro uit aan de werking van de erediensten. Zo’n 80 tot 85 procent daarvan gaat naar de katholieke Kerk) is dit wel zeer weinig. Of zijn er zoveel méér katholieken dan holebi’s?
Met Çavaria als het kan, zonder als het moet
Het ziet er dus naar uit dat rond het proces Léonard een scenario komt dat vergelijkbaar is met wat in 1978 gebeurde. Ik blijf van mening dat je dat soort acties zoveel als mogelijk samen met de koepelorganisatie doet. Maar de bui hangt er al een tijdje en wie ze nu niet ziet hangen moet wel stekeblind zijn. Ongeveer een jaar geleden kwamen we op straat in Mechelen tegen Léonard. De leden van de raad van bestuur van Çavaria… zaten toen te vergaderen in Brussel terwijl het perfect mogelijk was geweest de vergadering in Mechelen samen te roepen en een uurtje later te laten beginnen zodat de bestuurders de betoging konden vervoegen. Lichtpuntje is dan weer dat sommige leden van de raad van bestuur zich na de vergadering al enigzins positiever uitlieten op Facebook. Dimitri Cools: “Het is lovend dat de jij en de andere anti-Léonard-bewegingen de situatie verder blijven opvolgen. Daarvoor verdienen jullie alle steun, maar probeer ook niet blind te wezen voor de (juridische) realiteit en de acties van anderen.” en Jo Vansteenkiste deed er nog een interesssante suggestie bovenop: “Ik hoop trouwens oprecht dat J-M De Meester dit proces wint, en elke rechtspersoon (natuurlijke persoon of vzw) heeft het recht zich al dan niet mee burgerlijke partij te stellen. Waarom stellen alle groepen of individuen die voor het zich mee burgerlijke partij stellen door Çavaria waren zich trouwens niet zelf niet mee als burgerlijke partij?” Uiteindelijk heeft Çavaria de actie niet weggestemd maar alleen duidelijk gemaakt dat ze er niet willen bij betrokken worden. Hopelijk worden de initiatieven van Immanent in de sfeer van voorgaande citaten beoordeeld door Çavaria. Dan hebben we toch iets geleerd uit het conflict van 1978. Dat niet iedereen warm te krijgen is voor een proces tegen Léonard mag daarbij geen obstakel zijn. Ook de jaarlijkse pride wordt nog steeds (ten onrechte) scheef bekeken door een heleboel holebi’s en transgenders en dat is nooit een reden geweest om ermee te stoppen. Activisten roeien nu eenmaal graag tegen de stroom in.
En dus is het alle hens aan dek. Je kan Immanent steunen door een bedrag te storten op 001-4849878-51 (IBAN: BE75 XXX 8498 7851 – BIC: GEBABEBB) van Mikpunt, Antwerpen.
En bestel je stickers via dit emailadres. Ze zijn momenteel het enige medium (naast de website) om de actie bekend te maken.
Outing en coming out
“t is geen pak van mijn hart, maar ik voel me toch wel een beetje opgelucht” zegt Bart Kaëll in Humo na zijn coming out in Dag Allemaal. Hij is de enige niet. We zaten er al meer dan 20 jaar op te wachten. En we zijn blij voor Bart & Luc. Een dubbele coming out! Het geeft een soort ‘terugkeer van de verloren zoon’ gevoel.
Het koppel sluit het rijtje af van BV’s die uit de kast kwamen gedurende de voorbije decennia. Het begon met de eenzame strijd van Will Ferdy. Hij deed Op z’n drieënveertigste zijn coming out in 1970. Op de flaptekst van een van zijn boeken lees je: “Hij vocht een verbeten strijd tegen hypocrisie en onrechtvaardigheid, en kwam als overwinnaar uit die strijd.” Het zinnetje laat je de grimmige sfeer proeven die er toen rond homoseksualiteit hing. Begin jaren ’90 raakte het hele BV-schap in lichte paniek toen vanuit diverse hoeken de druk vergrootte. Het fenomeen ‘Outing’ was immers komen overwaaien uit de VS.
Behalve Kurt van Eeghem en Paul Codde waren weinigen in de voetsporen van Will Ferdy gestapt. Tot begin jaren ’90 Jo de Poorter in in TV-Expres en Humo voluit ging: “Ik vind het treurig dat zoveel homoseksuelen uit de media zo moeilijk doen over hun geaardheid. Alsof ze hun seksualiteit ontwijken. Ze gaan zelfs zover dat ze erover liegen” Jo de Poorter bleek de ideale schoonzoon die uit de kast komt als homo. Maar ook hij slaagde er niet in om de andere BV’s van de verkeerde kant uit de kast te lokken.
Outing, wat dus niet hetzelfde is als coming out, werd rond die tijd in de VS door de beweging voor het eerst gebruikt als drukkingsmiddel. Het was vaak een uiting van woede en onmacht. Aanleiding was het bloedbad dat toen in de homogemeenschap werd aangericht door hiv. Ronald Reagan was president en blokkeerde elk beleid dat het lijden van de aidslijders zou kunnen verlichten. Intussen had de beweging weet van diverse mediafiguren en politici die homoseksueel waren. Zij waren het mikpunt van de outingacties, omdat ze het vertikten hun nek uit te steken. Het waren grimmige tijden, maar dat schreef ik al.
RAF
Het RAF (Roze Aktiefront) had de harde confrontatiestrategie van hun voorganger De Rooie Vlinder overgenomen en vond het nog niet zo gek van die Amerikanen: “In Nederland heb je in elke partij wel een paar openlijke potten en flikkers. In België heb je alleen stiekume homofiele medemensen, die nog lang niet aan COMING OUT toe zijn. Zij staan de komende jaren voor de keuze: al dan niet openlijk de homozaak steunen door voor de wetsvoorstellen te stemmen, of… Het is immers ondenkbaar dat een parlementslid, dat geacht wordt de belangen van de groep te behartigen waartoe hij behoort, dit op cruciale momenten niet doet.” Humojoernaliste en openlijk lesbienne Ingrid De Bie stelde het als volgt: “Homo’s en lesbische vrouwen die menen hun homoseksualiteit te moeten verdoezelen door anti-homostellingen in te nemen, met graagte zie ik ze uit de kast gehaald. Een parlementslid dat aanstuurt op discriminatie van homo’s, een directielid dat een werknemer aan de deur zet, een schoolbestuurder die een leerkracht ontslaat, een priester (als het even kan een bisschop) die de pauselijke homo-leer met verve uitdraagt: ingeval ze verdoken homo of lesbisch zijn, heeft iedereen er baat bij als zij zonder pardon worden ontmaskerd.” Het was echter nog te vroeg om de poltici op deze wijze te benaderen en toen enkele jaren later het wetgevend werk aan de orde was bleek het ook niet echt meer nodig te zijn. Zelfs de CVP stemde voor de openstelling van het huwelijk. Men ging toen dus maar achter de BV’s aan. Het werd een donderderend schot voor de boeg. Niemand raakte gewond.
Na een veelbesproken debatavond lanceerde het RAF in december 1990 een ‘wenskaartenactie’. 7 bekende Vlamingen die homo zijn werden er met behulp van wenskaarten (het was immers bijna nieuwjaar) toe aangemoedigd er voor uit te komen. De kaartjes werden gestuurd naar Bart Kaël, Luc Appermont, Walter Capiau, Luc Steeno, Dré Steemans, Frank Dingenen en Daan Van Den Durpel. Er werden een kleine 200 sets van 7 kaarten verkocht op fuiven, en via de nieuwsbrief van het RAF. Ik mocht het als RAF-woordvoerder gaan uitleggen in de toenmalige talkshow ‘Zeker Weten’ van Jan van Rompaey (foto). Aanleiding daarvan was een foldertje, waarop de foto’s van Dré Steemans, Luc Appermont, Walter Capiau en Koen Crucke stonden vergezeld van een oproep om de BV’s kaartjes te sturen. Dat vond Jan van Rompaey geen goed idee. Het werd een geanimeerd debat dat nog een tijdje zou verdergaan in de homopers en op de fuiven.
Na een wekenlange polemiek in TV-Express over de vraag of hij het nu al dan niet is en wat de fans daarover moeten denken wordt het hem in het nummer van 8 juli ’91 op de man af gevraagd. De journalist heeft het onderwerp bewust tot het einde bewaard, omdat hij vreesde “dat het een nogal delicaat onderwerp betrof”. Bart reageert heftig: “Ze noemen mijn naam nooit echt, ze gebruiken omschrijvingen als ‘spring-in-‘t-veld’ en zo. Maar de eerste die mijn naam durft te noemen, sleur ik voor het gerecht. Daar ben ik keihard in. Ik vind dat heel laf, mensen op die manier betichten, want ik ben helemaal niet zo. (…) Nee, ik ben geen homo, en moest ik het wel zijn, dan ging het hen geen kl…, dan ging het hen geen reet aan. Ik leef hoe ik wil en ik doe wat ik wil, daar heeft niemand zaken mee.” De journalist blijft aandringen, en oppert: “Zou het niet eenvoudiger zijn als je gewoon open kaart speelde? Het is toch alleen maar over figuren die heel geheimzinnig doen, dat de pers wild speculeert?” Antwoord van Bart: “Ik heb daar geen goesting voor. Niemand heeft zaken met mijn privé-leven. Niemand hoeft te weten of ik nu met een vriendin samenwoon of niet, of ik alleen woon of niet. Ik heb daar gewoon geen zin in. Dat is mijn keuze. Dat mag toch?” Het zou tot 2010 duren alvorens hij samen met Luc Appermont uit de kast zou komen. 20 jaar na de RAF-actie zijn de 7 BV’s intussen allemaal uit de kast, behalve Luc Steeno. Walter Capiau, die in de media nogal cynisch deed over de late coming out van Bart en Luc, wachtte zelf toch ook tot in 2003 om de kastdeur open te zwaaien.
In een brochure evalueerde het RAF achteraf de actie. Onder de titel “De Hetero’s” bestaan niet, de heteronorm wèl” wordt de vinger op de wonde gelegd: “Als heteroseksuelen ons soms slecht gezind zijn, ons op allerlei manieren discrimineren, dan komt dat door een opvoeding volgens bepaalde normen, die het bestaansrecht van andere seksuele varianten dan de heteroseksuele onmogelijk maken of sterk bemoeilijken. Iedere homo die er voor uit komt weet dat dergelijke “vooroordelen” bij vele hetero’s grotendeels weg te werken zijn eens ze één of meerdere homo’s kennen. De onderdrukking van homoseksualiteit als persoonlijk probleem in de relaties tussen mensen is meestal vrij gemakkelijk op te lossen: er bestaat allicht wel een harde kern van onverbeterlijke homohaters, maar de overgrote meerderheid van de bevolking is best in staat om in te zien dat homoseksualiteit en homocultuur positieve realiteiten zijn. Probleem: in de media, het onderwijs… is alles heteronorm wat de klok slaat”. Het RAF wijst er ook op dat outing nefaste gevolgen kan hebben: “Als er één deel van de wereld rijp is voor een actievorm als OUTING dan zijn het wel een aantal Westerse landen waaronder het onze. Het is glashelder dat OUTING geen actievorm is om te gebruiken in een maatschappij waarin openlijke homoseksualiteit bestraft wordt met de dood of volledige verwijdering uit de samenleving. OUTING staat met andere woorden niet op de dagorde in de meeste landen van de Derde Wereld en Oost-Europa”. Intussen weten we dat homofobe regimes zich ook van outing bedienen… om de beweging te treffen.
Het volledige rapport (gepubliceerd in 1991) kan je hier vinden:
Outing en Coming Out: een discussie in Vlaanderen