
Een partij die op haar jaarlijkse feest een dame uitnodigt die tot de wereldtop van de holebi en transgenderstrijd mag gerekend worden. Niet slecht van de PVDA. Aan deze bijeenkomst met Mariela Castro gaat een hele geschiedenis vooraf. Hoe gaat de PVDA om met homoseksualiteit?
De links-progressieve LHBT-beweging kwam in 1976 uit de startblokken. De Rooie Vlinder was – in de goeie traditie van de revolutionaire jaren ’60 – een radicale actiegroep. Toen één van hun militanten in 1979 werd opgepakt wegens het verspreiden van een ‘aanstootgevend‘ pamflet startte de Rooie Vlinder met een petitie waarin de vrije meningsuiting verdedigd werd. Dokter voor het volk Kris Merckx en voorzitter Ludo Martens ondertekenden namens de PVDA, toen nog Amada (Alle Macht aan de Arbeiders). Lang voor andere politieke partijen steunde de PVDA de LHBT-beweging met woord en daad.
In 1979 werd Amada definitief omgedoopt tot PVDA (Partij van de Arbeid). In het partijprogramma wordt – op mijn voorstel – artikel 117 opgenomen: “Elke discriminatie omwille van geslacht, godsdienst, nationaliteit, seksuele geaardheid, ras, enzovoort wordt verboden.”
Intussen was deze jongen ook actief geworden in de beweging. Mijn eerste kennismaking was de eerste echte ‘betoging’ op 5 mei 1979. Een historische gebeurtenis, tien jaar na de nog méér historische opstand in New York rond de Stonewall Inn, een bar waar de homo’s en de travestieten dagenlang de politie bekogelden met alles wat niet te heet of te zwaar was. De tweede betoging in 1980 zou plaatsvinden in Brussel. Ik nam een deel van de organisatie op mij, samen met activisten als Ludo Smits (nu eigenaar van de Red&Blue) en Willy Proot. Deze laatste zou ook voor een primeur zorgen door voor het eerst met een vakbondsspandoek in de betoging op te stappen, namens de ACOD-afdeling bij de VRT, die toen nog BRT heette. In Solidair, het PVDA-partijblad verscheen een interview met Willy.
Op de betoging van 1981 te Antwerpen verspreidde de PVDA deze sticker tegen artikel 372bis uit het strafwetboek.
In 1981 hield De Rooie Vlinder het voor bekeken. Militanten van de actiegroep vragen mij om mee na te denken over iets nieuws. Dat zou het Roze Aktiefront (RAF) worden. De volgende twintig jaar zal deze organisatie mijn aandacht en tijd krijgen. Verschillende leden van de PVDA zullen een tijd meewerken.
Logistieke en politieke steun
Het activisme dat door de Rooie Vlinder groeide en bloeide werd door het RAF verdergezet. Over de eerste tien jaar kan je de krachtlijnen nalezen op deze blog. De beweging in haar geheel kende een terugval: interne conflicten dreigden de bovenhand te krijgen en half jaren ’80 kwam daar nog de aidsepidemie bovenop. 1990 werd het jaar waarop we lieten zien dat we onze slagkracht terugvonden. De eerste Roze Zaterdag vond plaats in Antwerpen, toevallig ook op 5 mei. De PVDA liep mee als enige politieke partij. Alleen de jongsocialisten (nu Animo) waren ook aanwezig met een delegatie. We krijgen ook logistieke steun: we mogen de geluidsinstallatie van de PVDA gebruiken. Dat soort materiële hulp kwam ook uitstekend van pas in 1997, toen de organisatoren van de Roze Zaterdag (die intussen was omgedoopt de de Pride) beslisten om de tien punten van het eisenplatform op reuzengrote spandoeken (foto) door de straten van Brussel te dragen. We mochten de tien draagbedden van de PVDA lenen voor een prikje.
Consequent tegen racisme en fascisme
Het RAF stopte in 2001. In 2006 was ik mede-oprichter van Mikpunt, een groep die maar één doel had: holebi’s en transgenders waarschuwen voor de homofobie van het Vlaams Belang. Ook hier heeft de PVDA de voorbije decennia een belangrijke rol gespeeld, zowel in het bestrijden van het VB als in het steunen van de strijd voor gelijke politieke en sociale rechten. De website is een onmisbaar hulpmiddel voor wie wil weten hoe het VB echt denkt over holebi’s. Het VB probeert nu immers hun homofobie zoveel mogelijk te camoufleren en misbruikt de homofobie bij sommige moslims om holebi’s en transgenders in hun racistisch kamp te trekken. VB-kopstukken houden het momenteel liever stil dat ze homofoob zijn. Op de website kan je hun standpunten vinden vanin het begin tot nu.
Samen met de werkende bevolking
De PVDA zorgde vaak voor inspiratie. Solidariteit is altijd een van de speerpunten van de partij geweest. Communisten werken altijd met veel zorg aan de solidariteit tussen de onderdrukten: dat kunnen andere minderheden zijn, vrouwen, maar ook werknemers die vechten voor hun job of holebi’s en transgenders uit andere landen en continenten. Zo liep het RAF mee in diverse betogingen waaronder de (alweer historische) betoging in Tubize tegen de sluiting van het bedrijf Forges De Clabecq.(foto) Dat jaar ondertekende vakbondsleider Robert D’Orazio met plezier het eisenplatform van de pride.
Ik pakte in december 2011 die draad opnieuw op en trok samen met enkele kameraden naar de grote vakbondsbetoging tegen de besparingsplannen van de regering Di Rupo. Een homo als premier is prima, maar dat zijn regering bespaart op de kap van de kleine man en en vrouw maar de grote kapitaalbezitters buiten schot laat is niet aanvaardbaar. Onze bordjes met ‘Elio this is not gay’ werden druk gefotografeerd en becommentarieerd. Solidariteit betekent voor mij ook: geen duimbreed toegeven aan racisme. Gelukkig vind een groot deel van de LHBT-beweging dat ook. Op de algemene vergadering van de koepelorganisatie çavaria werd het voorstel van mijzelf en enkele organisaties om een verklaring tegen racisme te publiceren unaniem aanvaard.
LHBT-strijd is sociale strijd
De Cubaanse LHBT-actviste Mariela Castro (foto genomen op Manifiesta) was onlangs op bezoek in ons land. Ze geeft – vanuit de Cubaanse context – heel goed aan hoe ik het zie: “We moeten het niet hebben over de problemen van de LGBTI’s als een losstaand thema: die strijd is onlosmakelijk verbonden met de andere elementen van de sociale strijd. Vandaag bestaat de tendens wel om die twee uiteen te houden, maar dat helpt de strijd niet vooruit. Integendeel, de problemen worden opgesplitst en gebanaliseerd.
Denkt u dat holebi’s zich niet meer zullen inzetten voor de sociale strijd, eenmaal ze getrouwd zijn? Ik denk dat alle mensen die vechten voor hun rechten, met elkaar verbonden zijn. En hun problemen kunnen beter opgelost worden als ze zij aan zij staan, elk met zijn of haar specificiteit. We moeten doorgaan met de strijd voor onze nationale onafhankelijkheid, strijden voor raciale en etnische gelijkheid, en het recht op de gezondheid en onderwijs voor onze bevolking blijven verdedigen. Al deze eisen zijn nauw met elkaar verbonden, je kunt niet voor het ene strijden en het andere aan de kant laten. Dat leidt enkel tot nieuwe overheersing.”
Met de PVDA-delegatie op de Antwerp Pride van 2012 is de cirkel rond. PVDA-pionier Kris Merckx, (hier niet op de foto) die in 1990 ook mee opstapte, was er opnieuw bij.