De Standaard ging deze week praten met Yves Aerts, algemeen coördinator van Çavaria, de koepel van holebi- en transgenderverenigingen. Het thema lag helaas voor de hand: het homofoob geweld. Vijf gevallen van geweld tegen homo’s maakten de afgelopen tien dagen nog eens pijnlijk duidelijk dat het nationaal actieplan tegen homofobie en transfobie dringend nodig is. “We hebben maatregelen nodig die op alle onderdelen van het leven ingrijpen, van de geboorte tot de dood.”

Zijn strengere straffen een goed idee?
Yves Aerts: De symboliek is heel belangrijk, zo toont de overheid dat ze geen homo- en transfoob geweld tolereert. Maar hier en daar snel een wetswijziging volgens de waan van de dag zal niet volstaan om de mentaliteit van de bevolking te veranderen.
Zendt de overheid geen vreemd signaal uit? Alsof het in elkaar slaan van een 80-jarige vrouw minder erg is dan het aanvallen van een homo.
Yves Aerts: Alle geweld op basis van discriminatie wordt even streng bestraft. Dus als dat vrouwtje wordt ineen getimmerd omdat ze oud is, riskeert de dader ook die verhoogde maximumstraf. En een homo die overvallen wordt, is niet beter beschermd dan wie dan ook die overvallen wordt. Alleen wanneer het motief voor het misdrijf discriminatie is, bijvoorbeeld homofobie of racisme, geldt die betere bescherming. En dat is geen vreemd signaal. Want een homo die slaag krijgt omdat hij homo is, is meer getraumatiseerd dan een homo die slaag krijgt om zijn geld af te pakken. Het raakt je dieper, het gaat om je eigenheid, waar je niets aan kunt veranderen.
Kan een repressief beleid een mentaliteitswijziging teweegbrengen?
Yves Aerts: Strafregels zijn er in de eerste plaats om mensen af te schrikken een misdrijf te begaan. Om dat te bereiken, moet justitie natuurlijk wel haar job doen. En ik betwijfel dat dat nu gebeurt. Homofoob geweld is duidelijk geen prioriteit. Er wordt niet daadwerkelijk gestraft. In vijf jaar tijd zijn er ocharm een vijftal vonnissen geweest. Het is bijzonder onwaarschijnlijk dat er maar zoveel cases waren. Het excuus van justitie is dat het op basis van de pv’s zeer moeilijk te bewijzen valt dat het misdrijf geïnspireerd was door homofobie. Wel, dat ze dan zelf een onderzoek instellen.
Het lijkt weinig waarschijnlijk dat iemand opsluiten in de gevangenis hem van zijn homohaat zal afhelpen.
Yves Aerts: Daarom lijken alternatieve straffen me zinvoller. Waarom zo iemand niet inschakelen in een organisatie die opkomt voor gelijke rechten, of in een instelling die werkt met slachtoffers?
De intentie om daders harder aan te pakken mag er dan wel zijn, als slachtoffers blijven weigeren zich te melden, komt er toch geen straf.
Yves Aerts: De politie moet ervoor zorgen dat slachtoffers tot bij hen komen. Zolang ze mensen slecht blijft opvangen, zal dat niet gebeuren. Er zijn genoeg verhalen over agenten die de problemen wegwuiven of er lacherig over doen. Om daar komaf mee te maken, zou bij de rekrutering van nieuwe agenten een extra selectieproef een goed idee zijn. Wat is de visie van de kandidaat op diversiteit? Kan hij opereren met holebicollegas en -slachtoffers?
En dan is er natuurlijk nog het imagoprobleem van de politie, die nog altijd aanzien wordt als een machobastion. Het zou al een verschil maken als holebi- en transgenderagenten zichtbaar zijn op de Gay Pride. Maar meelopen in uniform is verboden. Ook dat mag een punt worden in het actieplan.
Moslims zouden homofober zijn dan katholieken of niet-religieuzen. Een tijd geleden schreeuwden affiches in Berlijn allochtonen toe dat ze tolerant moeten zijn voor homo’s. Kan zo’n campagne, of is dat discriminerend?
Yves Aerts: Natuurlijk kan zoiets. Maar we mogen ons niet blindstaren op allochtonen. De gruwelijke feiten van de afgelopen dagen hebben aangetoond dat het geweld uit heel diverse hoek komt. Er was maar één constante: alle daders zijn mannen. Dat moet de specifieke doelgroep zijn om mee te werken.
Campagnes hebben maar een beperkte impact. Hoe kan men nog aan preventie doen?
Yves Aerts: We hebben maatregelen nodig die op alle onderdelen van het leven ingrijpen, van de geboorte tot de dood. Van Kind & Gezin tot het rust-en verzorgingstehuis. We moeten onze kinderen op een andere manier opvoeden. Mannen en vrouwen zijn gelijk, holebi’s en hetero’s zijn gelijk. Dat moeten we hen vertellen.
Doen we dat niet al?
Yves Aerts: Helemaal niet. Met z’n allen herhalen we stereotiepe genderpatronen en overheerst de heteronormativiteit. Als een klas kleuters van vijf voor het schoolfeest een project maakt rond de luchtvaart, zie je dat alle meisjes stewardessen zijn en alle jongens piloot. Onbewust wordt iedereen met die cliché’s grootgebracht: mannen horen achter het stuur, vrouwen nemen best een verzorgende rol op.
Wat heeft dat met homofobie te maken?
Yves Aerts: Dat genderstereotiepdenken is wellicht de belangrijkste reden voor homofoob geweld. Daders blijken zich bedreigd te voelen door mensen die zich niet aan die traditionele rolpatronen houden. Een man die te elegant stapt of een vrouw die zich te mannelijk kleedt, daar hebben ze het moeilijk mee.
Het onderwijs moet zijn verantwoordelijkheid nemen?
Yves Aerts: Zeker, scholen moeten ophouden heteronormativiteit door te geven. Die genderklik moet in de eindtermen komen. Ik begrijp niet waarom minister Smet zo blijft talmen. Een jaar geleden beloofde hij hier werk van te maken. Nog steeds is er geen zicht op concrete stappen. Nog een schooljaar wachten, zou zeer dom tijdverlies zijn. Weet je wat me dit jaar het meest gechoqueerd heeft? Niet enkel het gruwelijke geweld, maar de brief van de 17-jarige voorzitter van de Vlaamse scholierenkoepel, waarin hij beschrijft hoe zijn leerkrachten met holebiseksualiteit omgaan. Precies zoals ik het ook meemaakte, maar dan wel bijna 25 jaar geleden. Wat hebben wij eigenlijk bereikt sindsdien?
Bron: De Standaard