Politici met roze stropdassen, homo’s en lesbo’s verbaal en fysiek aangevallen door jongeren, twee demonstraties tegen al dat geweld en oproepen om roze knokploegen op te richten. Amsterdam is weer the place to be. Of net niet?
Op 5 september kwamen holebi’s en transgenders voor de tweede keer op straat in Amsterdam om te protesteren tegen het geweld dat hen treft. Tijdens een eerdere demonstratie op 13 juni had waarnemend burgemeester Lodewijk Asscher (PVDA, foto) de demonstranten verzekerd dat het allemaal in orde zou komen maar dat bleek drie maand later helemaal niet het geval. De actiegroep ‘Right to feel safe’ legt in een persbericht uit waarom men opnieuw de straat op gaat: “De nieuwe protestactie is een reactie op de aanhoudende golf van homogeweld in onze hoofdstad. De afgelopen weken werden homo´s en lesbiennes mishandeld op de Zeedijk, in de Reguliersdwarsstraat en op het Muiderpoortstation.”
Politie
De demonstranten eisen een efficiënt politieoptreden en daar hebben ze voor 100 % gelijk in. Het COC van Amsterdam wijst op de noodzaak om van elke incident aangifte te doen. COC Nederland roept de onderhandelende partijen op om de aanpak van geweld tegen holebi’s en transgenders in het regeerakkoord op te nemen: “Het COC pleit voor forse maatregelen in het regeerakkoord om het anti-LHBT geweld de kop in te drukken. Zo zou er verplichte voorlichting over homoseksualiteit en transgenderisme op elke school moeten komen. Ook wil de belangenorganisatie een verankering in de wet van hogere straffen bij discriminerend geweld (een zgn. hatecrime-artikel). Er zou cameratoezicht moeten komen op plekken waar veel geweld plaatsvindt, de aangiftebereidheid moet worden vergroot en de registratie ingrijpend verbeterd. Niet één van deze maatregelen is opgenomen in de beleidsbrief die de huidige regering met het rapport naar de Tweede Kamer stuurt.”
Als het regent in Amsterdam…
Druppelt het in Brussel? Dit najaar komt er een nieuwe campagne rond geweld tegen holebi’s op initiatief van Brussels staatssecretaris voor Gelijke Kansen Bruno De Lille (Groen!). Want ook hier leeft het probleem. Volgens De Lille neemt het geweld tegen homo’s en lesbiennes niet toe in Brussel, maar is de sfeer er wel harder dan in andere steden zoals Antwerpen en Luik.
Maar dat is natuurlijk niet veel meer dan het bestrijden van symptomen. Hoe komt het dat (vaak allochtone) jongeren zich tegen holebi’s en transgenders keren? Je kan hun gedrag verklaren vanuit de machocultuur waarin ze leven. Maar ook dat is maar een stukje van de werkelijkheid. Of zoals Yves Aerts het in De Standaard van 24 augustus analyseert: “Hoe groter de stad, hoe groter het proletariaat, zeg maar, en hoe uitgesprokener de machocultuur. Anders gezegd: hoe groter de stad, hoe meer mensen die sociaaleconomisch achtergesteld zijn. En het is die groep die het sterkst vasthoudt aan machogedrag, aan een strikte, traditionele rolverdeling tussen man en vrouw en aan rigide ideeën over mannelijkheid en vrouwelijkheid. Want dat biedt houvast. Dat mannen beter zijn dan vrouwen, bijvoorbeeld. Waardoor er jongeren zijn die zich bijvoorbeeld aangetast voelen in hun mannelijkheid als ze een jongen zien die zich vrouwelijk gedraagt”. Dat is allemaal waar. Maar wat hebben we daar eigenlijk aan? Brengt het aarde aan de dijk om te blijven herhalen dat jonge allochtonen gefrustreerde macho’s zijn? Wat ben ik daar mee als ik in mekaar geslagen ben?
Racisme leidt tot (meer) geweld
Er ontbreekt een klein woordje in de analyse van Yves Aerts: racisme. Het lijkt wel alsof we dat woord niet meer durven gebruiken. Terwijl het racisme in onze gemeenschap verder woekert. Hier is wat zich in Amsterdam afspeelt heel interessant. Daar is men zover dat er openlijk wordt opgeroepen tot het gebruik van geweld. jeugdtrendwatcher Bamber Delver riep in de Nederlandse krant Het Parool op tot het vormen van knokploegen: “Organiseer een tegentrend. Leer van de potenrammende straatvechters en leg een mobiele meldketen aan, zodat de gay knokploegen op tijd kunnen terugslaan.” Ook stadsgenoot Erwin Olaf sluit het gebruik van geweld niet uit. Een nieuwe trend? Een lezer van de Gaykrant reageert op het artikel van Delver: “We hebben al tientallen jaren voorlichting gegeven, maar dat heeft niets geholpen. We vragen al jaren de politie(k) om ons te beschermen, maar dat helpt ook niet. Ik ben het dus volstrekt eens met Delver: we moeten eindelijk maar eens terug vechten…” Een andere lezer reageert: “Ik neig er naar het er mee eens te zijn. Maar… wie gaat knokken en wanneer? Het tuig is als vallende bladeren dat overal op onverwachte momenten in de stad ronddwarrelt. Wie gaat dan knokken? Hoe organiseer je dat? Het is makkelijk roepen, maar denk aan het vervolg. Die gastjes weten het wel, die hebben elkaars gsm-nummer paraat! Kunnen we nog wat van leren…. “
Minderheden onder elkaar
Als mensen op dergelijke wijze beginnen redeneren gaat er iets fout, zoveel is duidelijk. Hier zijn we nog niet zo ver en we weten ook wel dat stoere taal (wie zijn hier de macho’s?) op internet met een korrel zout te consumeren valt. Maar toch. Ook in België zijn er mensen die pleiten voor ‘confrontatie’ met allochtonen, moslims. Het discours is altijd hetzelfde: allochtonen (of hun godsdienst en cultuur) vormen een bedreiging en ‘Ik eis het recht om dat te mogen zeggen’. Natuurlijk hebben we dat recht, maar als holebi/transgenderactivisten hebben we vooral de plicht om problemen op te lossen. Eenzijdige kritiek brengt geen aarde aan de dijk. Het versterkt enkel het superioriteitsgevoel van de witte mens. Het is een gevaarlijke trend van om het luidste roepen. Het versterkt de haat tegenover een segment van de maatschappij die uiteindelijk ook maar een kleine, langs alle kanten getergde minderheidsgroep is. Zoals wij dus.
Draagvlak
Het wordt tijd dat de holebi/transgenderbeweging op zoek gaat naar een gemeenschappelijk draagvlak met wat we moslims of allochtonen noemen. Op korte termijn zal dat weinig oplossen. Maar op lange termijn is het de enige oplossing voor de problemen zoals ze zich momenteel in onze steden voordoen. Meer nog: het zal onze emancipatiestrijd een nieuwe dimensie geven en aan kracht doen winnen. Beide minderheden hebben hun lijstje met grieven en eisen. Die lijstjes moeten eens naast mekaar gelegd worden. Ze hebben heel veel gemeenschappelijk. Problemen zoals in de bedrijfswereld, het onderwijs, huisvesting, de sport, de media… we hebben ze allemaal gemeen met Marokkanen en Turken. Een verkenning van elkaars visie en het bundelen van krachten kan beide groepen enkel versterken. In plaats van ‘wij’ versus ‘zij’ de omslag maken naar ‘wij’ + ‘zij’ = ‘wij+’ Wie begint eraan?
Lees ook: Voorbij wij & zij: naar een andere kijk op onze samenleving